De ontstaansgeschiedenis



Het gebied heeft in zeven eeuwen belangrijke wijzigingen ondergaan waardoor het gebied nu is wat het is. Het Gastels Laag maakte in de historie deel uit van de uitgestrekte venen die grote delen van Westelijk Noord Brabant en de AntwerpseNoordkempen bedekte.

Vanaf 1245 kwam de ontginning van Westelijk Noord Brabant, er werden in deze eeuw nieuwe dorpen uit de grond gestampt en werden de venen omgezet in turf en zoutproductie gebieden. Zo werd ook turf gewonnen uit het gebied het Gastels Laag.

In het gebied ontstonden veenputten die systematisch werden afgegraven in de tijd van de turf en zoutwinning. Via de overslaghavens in Oudenbosch werd de turf verscheept naar Antwerpen. De boeren in de omgeving groeven daarnaast ook eigenhandig willekeurige veenputten om in hun eigen huisbrand te voorzien tot laat in de 19de eeuw.

De veenlagen in het Gastels laag zijn bewaard gebleven doordat het gebied onder water is komen te staan en bedekt werd met een kleilaagje, na de grote doorbraak met de Elisabeths vloeden in 1421-1424. Omwille van deze overstromingen werd het centrale deel en een wat hoger deel van Gastel met een dijk omgeven die werd aangesloten op de havendijk van Oudenbosch.

Zo ontstond mede het overgangsgebied van hoge zandgronden en lageren klei op veen gebieden. De Naad van Brabant zogezegd. De zee had zo geen invloed meer en het getij in het gebied verdween.


Slecht bruikbare stukken land zijn zo rond 1565 door ruilverkaveling bij elkaar geschoven waaronder het Gastels Laag.  In het gebied
hadden alle boerenkuilen door het turfsteken het gebied geen goed gedaan. Het zat vol moerassige kuilen, rietvelden, bosjes en was ronduit gevaarlijk als je er de weg niet wist. Het gebied stond bekend in de historie als slechte slappe modderige bodem met veel rietbegroeiing. Een “riethill” zoals men dat toen zei. Gastels Laag werd opnieuw een wildernis

In  ongeveer 1606 werden de boerenkuilen gedempt met afval, zand van de hogere gronden en klei in een poging het gebied geschikt te maken voor hooiland. Maar het gebied bleef wisselend van kwaliteit. Men vond resten in het gebied uit 1800 die zorgde voor drainage en uiteindelijk werd de Nieuwe Riet aangelegd in 1937-1938 om te voorkomen dat er nog meer water in het Gastels Laag terecht zou komen.

In het kader van natuurbeheer zijn de slechts mogelijke stukken voor agrarisch gebruik door ruilverkaveling in handen van staatsbosbeheer gekomen door aankoop van het gebied van het Gastels Laag. Het ontstaan van het natuurgebied begon.